“AAARGH Morgen?!? Hoe vaak moet ik je nog zeggen… PLAN DAN!” 

Plannen, organiseren, overzicht, discipline: allemaal vaardigheden die onze pubers, laten we zeggen, nog niet tot in de puntjes beheersen. Dat kan ook bijna niet; hun prefrontale cortex (ons ‘logisch nadenk’ systeem, heel kort door de bocht) is nog lang niet helemaal ontwikkeld. In de pubertijd worden daar de verbindingen die niet worden gebruikt weggesnoeid en de verbindingen die veel actief zijn versterkt. En aangezien we graag willen dat ze later wél overzicht hebben en de gevolgen van hun keuzes makkelijk overzien, is het dus aan ons volwassenen om er voor te zorgen dat ze de ‘plan en organiseer’ verbindingen veel trainen.

Hoe dan, hè?

Want naar advies luisteren ze niet en wat volwassenen zeggen klinkt voor hen vaak als rabarberrabarberrabarber.

Nu hebben sommige scholen mij ingehuurd om studievaardigheden te geven, dus met rabarber kom ik niet weg. Gelukkig zegt een goed beeld; een goede metafoor, meer dan 100 rabarbers.

Dus ik presenteer:

 Het sprookje van de struisvogel, de eend en de adelaar

Er was eens een tovenaar met een hele boel te doen. Zelf was hij te oud en kon hij het niet meer.  Er waren ook drie vogels: De struisvogel, de eend en de adelaar, die hij beval om te helpen. Als het meeste gedaan was dan kregen ze er iets gaafs. Een berg goud of een week onbeperkte schermtijd. Maaaarr als het grotendeels niet af was dan kregen ze iets naars. Een week lang gekookte witlof met spruitjes eten, een kapotte telefoon of diep teleurgestelde geliefden.

Wat deed de struisvogel, denk je?
– kanstraksnogwel-eerstpotjeafmaken-tijdzat-laatmaarlukttochniet-ikbentemoe-voelmenietlekker-mijnvriendendoenookniks-nogéénaflevering etc.

Wat deed de eend?
– Omnomnom nog een stukje brood lekker…. De eend doet zonder nadenken wat hem voor de bek komt. Soms komt dat dan goed en soms – waggelwaggel oh daar ligt ook nog wat, yummie- loopt hij finaal de verkeerde kant op.

Wat deed de adelaar?
De adelaar nam de tijd om op te stijgen en langzaam boven het land te cirkelen. Hij zag het geheel en koos heel zorgvuldig zijn doelen, berekende zijn duikvlucht en kreeg misschien niet alles, maar wel het belangrijkste.

De struisvogel is niet van zijn plek gekomen, smeekte om een tweede kans en slikte gelaten de tot snot gekookte groentes. Naja. Wie weet gaat het ooit vanzelf beter.
De eend kwam ongeveer tot halverwege, heeft wel lol gehad en moest alsnog de spruitjes eten. Nou, vooruit, een halve week dan.
De adelaar heeft gekeken naar de tovenaar en bedacht wat er voor hem belangrijk zou zijn en die te-doen-dingen als eerste gedaan. Toen er tijd over was heeft hij besloten nog een paar extra dingen te doen en daarna te gaan zitten chillen op een rots en kauwen op een rauw konijn. Hij moet wel één bord snotgroentes eten, dat had hij wel over voor die chill-rots, maar hij ontving toch ook een groot deel van de beloning en kocht nog meer rauw vlees van de goudstukken.

‘Wat doe jij?’ Vraag ik dan. Waar in je leven ben je struisvogel? (wiskunde) Waar eend? (Meestal) Waar struisvogel? (Op het sportveld). Wat brengt het je? Een struisvogel brengt uitstel van executie, nog even kracht verzamelen, de eend een soort zen-gevoel, ‘in het nu zijn’ if you like en de adelaar een gevoel van controle.

‘Wat is nu handig? Wie zou je willen zijn? En wat is er dus te doen?’

Dan haal ik ook nog even De Ideale Leerling van stal. Ze weten namelijk precies wat De Ideale Leerling zou doen. Met andere woorden, wat handig en verstandig zou zijn. De adelaar pikt er uit wat voor hen kan werken en dan mogen ze kiezen. Of wel, of niet. Het is hun leven.

Grappig genoeg blijft dit beeld hangen… Ik kom er vaak op terug en leer mijn leerlingen lachen, kiezen en ook dat alles menselijk is, niet ‘slecht’, en dat ze hun lot in eigen hand hebben.

Het werkt. Vooral als ik ze op het bord teken (het lijkt nergens op dus lachen we ons slap en dus blijft het beter hangen, helemaal als één van de leerlingen het van me overneemt) en/of als ik het naspeel met mijn plastic beeldjes en rare stemmetjes.

Probeer er thuis maar eens mee te spelen, neem jezelf als voorbeeld en lach samen. Zorg dat hun adelaars-denk-

Rabarber kan altijd nog!

En natuurlijk, als ouder kun je op je kop gaan staan, maar vreemde ogen dwingen. Ik kan jouw kind helpen kiezen om met een adelaarsblik te kijken en sterke keuzes te maken (en zich er aan te houden). Nieuwsgierig hoe ik kan helpen? KLIK HIER.

(Met dank aan Veronique Prins en Bodo Schäfer voor de inspiratie)

 

 

 

 

 

Zelf met je puber aan de slag? – Gratis eDOEbook

Rollende Ogen en
Slaande Deuren

Drie oefeningen om weer lekker in contact te komen met je pittige pubermeid

  • Vaker weer samen lachen
  • Echt luisteren en
  • Echt gehoord worden
  • Meer samen in plaats van ‘zoek het uit’

DRIE GRATIS OEFENINGEN om voor meer contact en meer lol!

BONUS: gratis regelmatig tips en leuke ideeën ontvangen.
(uitschrijven kan altijd!)

 

Pin It on Pinterest